Psychologe op de sofa

Patricia Meyntjens

Levenswijzer: Psychologe op de sofa


       



Al jaren lang schrijf ik met veel plezier Nieuwsbrieven voor mijn site. Het gaat over thema’s die de cliënten bezighouden en mezelf boeien. Vertellen en schrijven over dergelijke thema’s ligt me wel.  Al jaren neem ik me voor om ook eens iets te schrijven over mijn missie als psycholoog, psychotherapeut en seksuoloog.  De bijbehorende foto dateert van drie  zomers geleden wat meteen duidelijk maakt welk uitstelgedrag ik vertoonde bij deze nieuwe schrijfuitdaging. Immers deze vrouw op de sofa luistert aandachtig naar anderen maar praat zelden over zichzelf.


Dat is trouwens een essentieel werkinstrument van de therapeut: niets over je privésituatie tegen de cliënt te zeggen. Net door het creëren van het therapeutisch kader waarin je geen transparantie over jezelf aan de dag legt, voorzie je dat een cliënt in alle vrijheid zijn eigen verhaal en emoties kan brengen. Je werkt dan met een gezonde verhouding tussen afstand en nabijheid. Als hulpverlener geef je maximale aandacht en empathie met een minimum aan afstand. Dat stukje afstand houden én jezelf niet helemaal emotioneel gooien zijn essentiële ingrediënten om objectief te kunnen blijven beluisteren en observeren.


Desondanks licht ik graag een tipje van de sluier om te vertellen over mijn missie als hulpverlener, puur en onversneden met veel authenticiteit en een gezonde dosis humor en relativeringsvermogen.  Ik neem jullie  even mee voor een inkijk in het leven en het werk van de vrouw achter het beroep. Even zelf “Psychologe op de sofa”.


Met meer dan 30 jaar ervaring met depressies, fobieën, verslavingen, (seksuele) dysfuncties, relationele dynamieken en overspel… is niets menselijks me nog vreemd.  Ik heb het geluk gehad om de ganse range, van sociale psychiatrie tot high end-cliënten te mogen leren kennen en begeleiden. Door tien jaar halftijds te hebben gewerkt op een PAAZ (Psychiatrische Afdeling van een Algemeen Ziekenhuis) kreeg ik de kans om scherp differentiaal-diagnostisch te leren denken: wie heeft een opname nodig, wat is de klacht en wat is de onderliggende problematiek, wie komt in aanmerking voor een succesvolle ambulante therapie, enz.  Elke doelgroep van cliënten biedt zijn uitdagingen.       

De afgelopen 20 jaar werk ik enkel nog vanuit mijn privépraktijk. De variëteit aan aanmeldingsklachten houdt me fris en gemotiveerd. Het merendeel van mijn cliënten zijn ‘high end’:  gemotiveerde, gedreven en zoekende mensen zoals u en ik. En laten we wel wezen;  ze brengen hun specifieke uitdagingen met zich mee….

Als ik in de achteruitkijkspiegel kijk, ligt er een lange en rijke reeks ervaringen achter mij. Maar gelukkig ben ik ook van sommige ervaringen gespaard gebleven, en wel vooral de twee zwaarste die het pad van een psycholoog kunnen kruisen. Tot op heden ben ik nog nooit geconfronteerd geworden met een zelfdoding van een cliënt of met een rechtszaak. Daar had ik het geluk aan mijn kant. Ik ben er immens dankbaar voor.


Ik hou ervan mensen hun verhalen te beluisteren, me erin te verdiepen. Oprecht geïnteresseerd zijn is de sleutel. Als ik me goed in mijn vel voel, kan mijn energie zich eenduidig focussen op de cliënt en kan ik mee uit het raam van de cliënt naar buiten kijken. Zelf in balans zijn is een gezonde basis voor het beluisteren van diepmenselijk lijden en het doorpraten van  existentiële vragen. Iedere dag schenken cliënten me hun geheimen, die ze vaak nog nooit eerder hebben verteld. Schatbewaarder zijn van geheimen is een voorrecht dat weinig mensen is gegeven. Mede hierdoor ben ik in de loop der jaren toleranter en zachtaardiger geworden. Als ik mensen kan laten zien dat wij allen gebukt gaan onder pijnlijke geheimen – schaamte of schuldgevoel over wat we hebben gedaan of hebben nagelaten te doen, hunkering naar liefde en goedkeuring, onze grootste kwetsbaarheden en angsten – dan kom ik dichter bij hen te staan. Als ik mensen ontmoet die hoog van de toren blazen of die door verscheurende passies worden verteerd, dan voel ik de pijn van hun geheimen en heb ik geen neiging tot oordelen maar tot compassie en steun.


Mensen vragen me soms: "Kunt u alles onthouden wat we u zeggen?". Want ik noteer initieel veel maar gaandeweg minder. Ik antwoord met een boutade: “U mag het me niet kwalijk nemen dat ik de namen van uw grootouders misschien niet meer weet, maar als ik u terug zie, vaak ook jaren later, dan weet ik nog waar je gevoeligheden, angsten en pijnpunten lagen, ik hoef er zelfs geen dossier voor uit de kast te nemen.” Immers elke persoon, elke geschiedenis, waar iemand opgevoed is en hoe iemand emotioneel reageert en functioneert, is  een unieke blauwdruk.   


Anno 2018 bestaan er nog heel wat taboes over wie en met wat mensen bij me aankloppen.  En mompelt de volksmond wel eens: “Hoe gek, menselijk of wereldvreemd is die psycholoog zelf?” In plaats van een betoog te houden om allerlei taboes te doorbreken, vertel ik jullie graag wat mij tot een gezonde hulpverlener maakt  en welke kenmerken relevant zijn om mee te nemen als jullie ooit zelf de nood voelen om op zoek te gaan naar een gezonde en integere  psychiater, psycholoog of coach.


4 pijlers vind ik zelf van onschatbare waarde voor een ‘goede’ hulpverlener:



1. WAAR HET WIEGJE STOND


Ik was het enige kind in een weliswaar kleine familie. Dat had nadelen; Maar het bood ook dé voedingsbodem voor mijn toekomstige missie.  Al jong kind, omringd door volwassenen, was ik  een scherpe observator en luisteraar van anekdotes, maar ook levensverhalen en emotionele vibraties. In combinatie een goed geheugen en een voorliefde om associaties te leggen, werd het een inspiratiebron, om al op jonge leeftijd, te blijven stilstaan bij wat mensen drijft en wat hen belemmert om te drijven.  Ten tweede zijn we langs moeders kant al generaties lang, geboren en getogen in Hove. Vanuit die honkvaste uitvalsbasis en sociale verwevenheid ben je haast spelenderwijs deelgenoot van de levensgeschiedenissen van een lokaal netwerk. Ik kom uit een middleclass gezin dat me heeft aangezet om "out of the box" te denken en steeds op zoek te gaan naar creatieve oplossingen.  Het werd met de plastieken lepel meegegeven: "wees geen meeloper" en "stand out from the crowd".  Mijn positionering ‘in the middle” bleek een zegen omdat het mij de kans bood om welgekomen gast te zijn in een uiteenlopende waaier van gezinnen met sterk verschillende sociale achtergronden. Hierdoor heb ik ieders taal en besognes leren kennen wat een onmisbare rijkdom is als hulpverlener.  Zowel in mijn professionele missie als in mijn engagementen op vrijwillige basis blijft sociale  betrokkenheid  één van de belangrijkste drijfveren.


2. AUTHENTICITEIT


Mijn authenticiteit ligt  in het “blijven geloven in mensen“ door de sprankeltjes hoop en groeikansen te zien en zichtbaar te maken. Mijn echtgenoot blijft zich nog altijd verbazen om mijn vermogen om mensen graag te blijven zien ondanks of misschien wel dankzij hun moeilijkheden of beperkingen. Hij noemt het wel eens “my therapeutic power of love”.  Deze vorm van liefde zit op het functionele niveau van de caritas en glijdt nooit of te nimmer naar het gebied van de eros. Mensen zijn enkel therapietrouw als je die authenticiteit hebt en ze kan laten inzien dat ze kunnen evolueren naar een betere levenskwaliteit, soms zelfs zonder een noodzakelijk volledig herstel.  Ik geniet van de groei van mijn cliënten en tevens van het domino-effect op de mensen in hun leven.


 

Maar authentiek zijn betekent voor mij vooral “ook geleefd hebben” omdat mensen het best kunnen geholpen worden door iemand die dezelfde levensfases heeft doorgemaakt als zijzelf. Het blijft bijvoorbeeld sowieso moeilijker voor een jonge hulpverlener om zich in te leven in de seksuele problemen van een ouder koppel na een huwelijk van dertig jaar. Al hoef je anderzijds zelf geen angststoornissen te hebben om een angstige persoon te begrijpen.


Ik ben geen supervrouw, geen goeroe en heb de wijsheid niet in pacht.  Ik maak dezelfde dingen mee als iedereen, heb ook wel eens problemen in mijn privéleven. Toch is een "gezond familiaal en relationeel leven" noodzakelijk anders trek je je op aan je cliënten.         Net als ieder van ons, maak ook ik  wel eens een lijstje in mijn hoofd van wat mijn ouders beter hadden kunnen doen maar het is maar te hopen dat het lijstje van onze zoon niet langer wordt…



3. ROEPING


Met enkel een masterdiploma in de Psychologie heb je in hulpverleningsland onvoldoende grond onder de voeten. Jarenlange therapieopleidingen volgden. In de Lage Landen hoor ik nog vaak klachten over de onderwaardering van de intellectuele arbeid en de geïnvesteerde tijd van de hulpverlener. Maar het is geen vak. Het is een roeping.  Zonder roeping red je het niet of nauwelijks op ons terrein. Aan de basis van die roeping ligt vaak een persoonlijk verhaal. Ik heb veel respect voor mijn ouders die hun mogelijkheden optimaal gebruikt en overstegen hebben en me veel van hun wijsheden hebben meegegeven. Maar ze hadden net te weinig finesse om te luisteren naar mijn emotionele impressies. Zoals het ons allemaal vergaat wil de volgende generatie de balans terug in evenwicht brengen.


De keuze voor psychologie is een van de weinigen beslissingen in mijn leven waar ik nooit spijt van heb gehad. Het werk heeft me nog nooit teleurgesteld en blijft me tot op vandaag boeien en drijven. Mijn roeping resulteerde in  werkelijk het mooiste vak ter wereld: dankzij dit mentale ambacht heb ik de kans de mens in zijn totaliteit te zien. Elk contactmoment is een uniek ont-moeten-moment. Elk contactmoment is een uniek ont-moeten-moment.  Haast elke maandagochtend voel en denk ik weer hoe graag ik deze missie doe. Het past bij me, ik doe het met hart en ziel en het geeft me flow.


Natuurlijk heb ik goede en slechte dagen. Er doen zich ook teleurstellende of miserabele situaties voor zoals bij mensen die door trauma’s  uit het verleden onvoldoende basis vinden om hun leven terug op te bouwen of wanneer een verlieservaring het toekomstbeeld van een gezin grondig hertekent of verwoest.  Ik kan ook teleurgesteld zijn over alledaagser dingen en vloeken als mensen niet op een afspraak komen opdagen en nonchalant omgaan met de unieke tijd die ik voor hen had vrijgemaakt. 


Psychotherapie is tevens een veeleisende roeping. Het voelt als een paradox dat ik de hele dag met een hoge intensiteit en betrokkenheid in één-op-één situaties zit maar me toch eenzaam kan voelen. Het is immers een intensiteit ten behoeve van de cliënt en dat is iets anders dan binnen een wederkerige relatie.

Elk contactmoment is een uniek ont-moeten-moment.  In mijn persoonlijk leven reageer ik vaak allergisch op oeverloze, oppervlakkige gesprekken of bureaucratische rituelen zonder bezieling.  Ik ben daarentegen maar al te graag omringd met een handvol échte vrienden en vriendinnen. Het zijn mijn supporters die vaak zonder het te beseffen mijn neurotische trekjes bijvijlen en het beste in me naar boven halen.



4. ZELFZORG & HUMOR


Als ik goed voor mezelf zorg, kan ik goed voor jullie zorgen”.  Dat klinkt als een cliché  maar het is  een blijvende eyeopener. Alle suggesties die ik cliënten geeft, moet ik op een of andere manier ook zelf voorleven of doorleefd hebben.


 

In het merendeel van de gevallen kan ik de zorgen van mijn cliënten goed “loslaten” en de knop omdraaien. Sommige getuigenissen raken me diep, zoals bijvoorbeeld het verlies van een kind, wat uiteraard mijn eigen moederhart raakt. Soms moet ik dan wel eens ongewild een traan wegpinken, wat de cliënt bijzonder treft. Het laat een gevoel na dat ik een vrouw van vlees en bloed ben die echt met hen meeleeft.  Maar ik neem problemen maar zelden mee naar de huiskamer. Wat ik soms wel mee naar de huiskamer neem is vermoeidheid. Immers intens luisteren en concentreren, dat vraagt heel veel energie van me. Ik wil dan even met rust gelaten worden om mijn aandachts- en energiebatterij terug op te laden. Ik voorzie bijna altijd aansluitend na een ‘shift’, een “contemplatief moment”: op de sofa, bij voorkeur in de tuin!


Zo kom ik bij mijn vierde argument over zelfzorg, nl. “Een gezonde geest in een gezond lichaam”.  Ik  geef mijn mentale inspanningen meermaals per week tegengewicht met fysieke uitdagingen en arbeid.  En ook ik heb tijdens mijn opleidingen en werk collega’s geraadpleegd over mijn eigen functioneren. Wie als hulpverlener niet of onvoldoende bereid is aan zelfreflectie te doen of ook eens zelf op de sofa te gaan zitten, heeft m.i. niet het recht om de diepste gevoelens van anderen te beluisteren. 


Het gebruik van humor is voor mij de kers op de therapietaart. Mijn echtgenoot beweert nog steeds met me getrouwd te zijn omwille van mijn humor. Het bleek een goede keuze want die humor doet het beter dan mijn eeuwige jeugd….

Gezien ik er genoeg van te geef heb, krijgen de cliënten ook een stukje van “the best part of me”. Ik geloof in de kracht humor en hou van de subtiliteit van een met humor overgoten boodschap.  Veel van de humoristische noten die ik in therapie kraak, zijn te vatten onder het creatieve taalgebruik en metaforen maar altijd respectvol, goed overwogen en op maat van de cliënt.


Bij mij lachen mensen om echt zware dingen, om foute keuzes die ze maakten, om het eindigen van een relatie, om verdriet en het onvermogen om daar mee om te gaan.  Echt lachen is een manier om met de dingen om te gaan, het is de saus die je verhaal verteerbaar maakt.  Met humor kan ik vaak weerstand doorbreken en een perfecte uitlaatklep aanbieden als mensen down zijn want dan doet lachen vaak even veel deugd als huilen. In beide gevallen verlaat het stresshormoon je lichaam. Humor kan activeren tot het opnemen van het eigen aandeel  i.p.v. lijdzaam toe te zien. Soms is het  een hulpmiddel om net die ene snaar te mogen raken voor een emotionele doorbraak. Lachen is ook mijn manier om mezelf er weer bovenop te halen. Ik ben een heel gevoelig mens: mocht ik die humor niet hebben dan had ik geen barometer meer…

 


Tot slot

Mijn leven op de sofa  is rijk aan waardevolle contacten en diepmenselijke ervaringen. Mensen blijven me al meer dan 50 jaar lang intrigeren. Ik ben voor deze missie  in de wieg gelegd. Het is mijn ware roeping. Ik zou niets anders willen doen en in mijn volgend leven doe ik het opnieuw.                      Elk therapiemoment is een uniek ont-moeten-moment. Als hulpverlener bied ik een mentale ambacht aan die anno 2018  in onze maatschappij helaas bijna dreigt verloren te gaan: een diepmenselijk gesprek - één cliënt - één hulpverlener  - onvoorwaardelijkheid luisteren én exclusieve tijd. De “Big Five” die een veilige voedingsbodem zijn voor persoonlijke groei….