Nachtmerries

Patricia Meyntjens

Levenswijzer: Nachtmerries


Een happy end voor een nachtmerrie bestaat


Nachtmerries zijn een veelvoorkomend probleem en kunnen de slaap en het functioneren overdag sterk negatief beïnvloeden. Ongeveer 2 tot 5 % van de bevolking heeft één of meer nachtmerries per week. Binnen de geestelijke gezondheidszorg wordt weinig aandacht besteed aan nachtmerries. De cliënt maakt er niet onmiddellijk melding van en ook de hulpverlener zal er niet altijd   tijdens diagnosestelling en behandeling  automatisch naar vragen. Dat is jammer want we beschikken over een werkende therapie.

Met dit korte artikel willen we je aanmoedigen om melding te maken van je nachtmerries omdat we je met Imagery Rehearsal Therapy kunnen helpen om je ervan te bevrijden en er bovendien een opbeurend slot aan te monteren.


Slaappatroon


Alhoewel er grote inter-individuele verschillen zijn slapen de  meeste mensen tussen de zeven en acht uur per etmaal.  Tijdens die slaaptijd doorloopt men ongeveer vijf slaapcycli van ongeveer negentig tot honderd minuten.  Bij het begin van de slaap zijn de hersengolven nog vrij onrustig (slaapstadium N1). Na een tiental minuten worden  ze dieper en rustiger (slaapstadium N2) en als na tien tot 15 minuten de golven nog verdiepen dan komt men in de diepste fase waarin men nog moeilijk wakker te maken is ‘slow wave sleep’ (SWS of slaapstadium N3); waarin men meer uitrust en de herstelfunctie van de slaap optreedt. Hierna wordt de slaap weer lichter en gaat terug naar stadium 2 en 1 om daarna over te gaan in de ‘paradoxale slaap’ of ‘Rapid-Eye-Movement- slaap’ (REM-slaap), het stadium waarin we dromen.  In dit stadium zijn de hersenen ontzettend druk bezig en blijft het lichaam rustig. Mensen die tijdens de REM- slaap wakker worden gemaakt, kunnen zich in ongeveer tachtig procent van de gevallen hun droom herinneren. Dit zijn de dromen zoals we ze allemaal kennen: intense beelden en ingewikkelde (soms zelf bizarre) en emotionele verhaallijnen. Iedereen droomt maar niet iedereen kan het zich herinneren.  Iedereen heeft overheen de vijf slaapcycli ongeveer twee uur REM-slaap per nacht.



Droom en nachtmerrie


Een nachtmerrie is niet hetzelfde als een enge droom. Dromen doen we  gemiddeld één keer per slaapcyclus zonder verstoring van ons slaappatroon.  Bij nachtmerries daarentegen schrikt de dromer doorgaans wakker. Bijna altijd is er een duidelijke herinnering aan de vervelende situatie uit de droom. Twee tot vijf procent van de bevolking heeft regelmatig met dit soort zware nachtmerries te kampen. Deze angstdromen kennen vaak een terugkerend thema: het (zien) overlijden van een dierbare, een achtervolging, een verdrinking en een val- of  vechtpartij. Ze verstoren de slaap en geven angst en stress bij het opnieuw inslapen.  Bovendien kan je er overdag last van hebben omdat je eraan terug denkt en met angst anticipeert op de volgende nacht. Nachtmerries kunnen het dagelijks functioneren belemmeren en de psychische en ook de fysische gezondheid schaden. Frequente nachtmerries kunnen daarnaast ook tot andere slaapstoornissen leiden, zoals chronische slapeloosheid.  Mensen met een psychische aandoening zoals een depressie, een angst- of een persoonlijkheidsstoornis, hebben veel vaker te kampen met (zware) nachtmerries. Bij hen gaat één op de drie eronder gebukt.


 

Nachtmerries versus nachtelijk angstaanval


Een posttraumatische nachtmerrie ontstaat na een ingrijpende gebeurtenis (trauma). Deze nachtmerries zijn dan vaak een herhaling (in varianten) van de traumatische ervaring en zijn hierdoor extra vervelend en intens. Het merendeel van de mensen die een trauma hebben opgelopen, heeft last van dergelijke nachtmerries.


Het tweede type nachtmerrie, de thematische nachtmerrie,  is niet gelinkt aan een traumatische ervaring maar het betreft hier thema’s die heftige emoties oproepen (achtervolgd worden, vallen, verdrinken, iemand ongewild doden,..). De nachtmerries kunnen zich steeds op dezelfde manier herhalen maar het kan ook gebeuren dat iedere nachtmerrie zich in een andere situatie ontplooit, maar het thema hetzelfde blijft. Uiteraard kunnen mensen ook twee of meer thema’s hebben, of zelfs beide soorten nachtmerries. Mensen met een levendige fantasie, zij die snel angstig zijn of medicijnen of middelen (drank, drugs) gebruiken, kunnen hierin soms het ontstaan terugvinden voor hun nachtmerries.


U hebt last van een nachtelijke angstaanval als u in de nacht schreeuwend wakker wordt en niet weet waar u bent of wat er gebeurt is. Er zijn weinig tot geen beelden, laat staan een verhaallijn, maar vooral een diep gevoel van angst en bedreiging. Na het wakker worden duurt het soms wel enkele minuten voordat u weet waar u bent, vaak gepaard gaande met hevig schreeuwen, gillen of wild bewegen en tevens moeilijk tot kalmeren te brengen. Men heeft meestal ook geen herinnering aan een specifieke droom en de aanval wordt meestal ook niet onthouden.  Deze aanvallen treden op tijdens de SWS (en niet tijdens de REM-slaap).


Mechanisme van herhalende nachtmerries


Een nachtmerrie kan ontstaan en in stand worden gehouden doordat de dromer ververvelende dingen verwacht. Hoe meer negatieve verwachtingen iemand heeft, hoe groter de kans dat die nachtmerrie verder wordt ontwikkeld.  Zo kom je in een vicieuze cirkel terecht. Je kan een nachtmerrie vergelijken met een enge film die in uw hersenen wordt afgespeeld. Hoe vaker de film wordt herhaald, hoe dieper de beelden in uw geheugen worden gebrand. Er ontstaat een vast verwachtingspatroon; een script dat gebaseerd is op een traumatische gebeurtenis of een thema dat angst oproept.    Vele mensen die last hebben van nachtmerries proberen iedere gedachte aan de nachtmerrie te vermijden (cognitieve vermijding)  door er overdag niet aan te denken doch hierdoor kan ze slechts tijdelijk worden weggestopt. ’s Nachts werkt uw bewustzijn anders en bent u er niet helemaal bij om de nachtmerrie weer weg te stoppen waardoor het verhaal weer van start kan gaan.  Hoe vaker een nachtmerrie gedroomd wordt, hoe beter die aangeleerd wordt en hoe toegankelijker die wordt tijdens het slapen.  De herinnering wordt nu nog verder in het geheugen gebrand.


Verhelpen van nachtmerries


Het is helaas zelden het geval dat nachtmerries weer vanzelf verdwijnen. De meeste mensen hebben jaren last van nachtmerries en deze zullen nog jaren blijven aandringen als ze er niets aan doen. Tot nu toe is er geen wetenschappelijk bewijs dat terugkerende nachtmerries een functie hebben. Het enig waar ze voor zorgen is een verstoorde slaap, veel angst en een langer niveau van welbehagen.

Voor het behandelen van herhalende nachtmerries is het doorbreken van het ingebrande script m.i. cruciaal bij de behandeling. Hiervoor gebruiken we in onze dagelijkse praktijk een aantal gekende en minder gekende technieken uit de cognitieve gedragstherapie. Naast sensitisatie-oefeningen bereiken we ook goed resultaat met ‘Imagery Rehearsal Therapy’ (IRT), een cognitieve herstructureringstechniek waarbij de cliënt de instructie krijgt om overdag bewust en gecontroleerd terug te denken aan de nachtmerrie (ipv. cognitieve vermijding). De cliënt moet zijn nachtmerrie gedetailleerd opschrijven en er een ander, meer geruststellend eind voor verzinnen. Iedere verandering van het verhaalverloop en/of het slot is al een goede opstart om het ingebrande script gaandeweg te gaan veranderen.  Vervolgens beeldt de cliënt de nieuwe nachtmerrie overdag verschillende keren in.  Hiermee tracht men de geest te herprogrammeren opdat er ’s nacht een nieuw eind aan de nacht merrie komt, de intensiteit afneemt of er helemaal geen nachtmerrie meer komt.

Bij IRT komt het erop aan het script of het scenario van de terugkerende nachtmerrie te herschrijven zodat het goed afloopt. Er wordt voornamelijk gefocust op het einde van de droom.  De kracht van de therapie ligt bij het herprogrammeren met de focus op het happy end. Doordat de cliënt nu zelf ingrijpt en het slot zelf herschrijft, krijgt de cliënt hernieuwde greep vanuit het bewuste leven op het onbewuste-de slaap. Met deze techniek, kan een cognitieve herstructurering van beelden op gang worden gebracht waardoor de emotionele verwarring en angst, die bij de vroegere beelden optrad, niet lager functioneel is en kan verminderen of ophouden te bestaan.


 

Doe het zelf?


Het klinkt als muziek in de oren en het lijkt wel een eenvoudig  trucje. Kan je IRT dan ook als zelfhulptherapie toepassen? Ja, je kan het thuis zeker proberen, al komt er wel wat concentratie, inspanning en doorzetting bij kijken.  Voor anderen is een veilig en warm (therapeutisch) kader  met face-to-face contact noodzakelijk omdat de hulpverlener faciliteert om de effectiviteit te verhogen, door bijvoorbeeld te stimuleren de oefening correcter uit te voeren of vol te houden.  Bovendien zijn hulpverleners geschoold om een grondige differentiaaldiagnose te maken naar eventuele  onderliggende problemen of instandhoudende factoren.  Immers nachtmerries zijn vaak een onderdeel van een andere psychisch probleem. Toch kan worden gezegd dat zelfhulp voor nachtmerries een veelbelovende optie is..